Welkom bij Plantenwandeling !

De flora van de Périgord in het zuid-westen van Frankrijk is rijk en gevarieerd net zoals zijn landschappen. Dat nodigt uit tot allerlei plantaardige ontmoetingen, zoals u kunt zien in dit blog. U vindt hier de portretten van een honderdtal wilde planten die hier groeien. Met de seizoenen mee worden nieuwe soorten toegevoegd.

Corine, botanicus en fotograaf, organiseert voor u wandelingen en andere activiteiten in de natuur rondom flora en vegetatie van de Périgord. Wilt u meer weten? Kijk op www.baladebotanique.fr.

Veel plezier !


N.B.
Met ingang van juni 2020 stopt de nederlandstalige versie van dit blog. De franstalige en engelstalige versies gaan gewoon verder. U kunt ze HIER en HIER vinden.



7 december 2016

Eikvarens


Een magnifieke varen groeit op de stam van een oude Esdoorn aan de oever van de Dordogne. Het is een Eikvaren, maar welke? Er komen drie soorten voor in de Périgord en een hybride tussen twee van hen. Ze lijken allemaal erg op elkaar. Om zeker te zijn moeten de sores (de dekseltjes van de sporangia) onder een microscoop worden bekeken en de cellen geteld. Maar in het veld heb je meestal geen microscoop bij de hand.






Hybrides zijn soms polyploide - dat wil zeggen dat ze minstens dubbel zoveel chromosomen hebben als hun ouders - en dan kunnen de organen (bladeren, bloemen) veel groter zijn dan bij de ouders. Dit exemplaar is echt groot voor een eikvaren, de bladen zijn tot wel 70 cm lang. Dikke kans dat het een Bastaardeikvaren (Polypodium x mantoniae) is.






Hij heeft ook andere kenmerken van de beide veronderstelde ouders. De grote bladen zijn langwerpige driehoeken met getande deelblaadjes zoals bij de Brede eikvaren (Polypodium interjectum). En die deelblaadjes hangen een beetje maar bevinden zich allemaal in één vlak zoals bij de Gewone eikvaren(Polypodium vulgare).


In deze omgevallen boom, een flatgebouw met meer etages, woont een van de ouders, de Gewone eikvaren.






Ze zijn niet groot, en de bladen zijn langwerpig met parallelle randen, niet driehoekig.








Vaak groeit de Eikvaren op een boom, maar hij is ook op de grond te vinden. Of groeit hiuj hier misschien op een dode boomstronk verstopt onder gevallen blad? Mogelijk is dit een Brede eikvaren (Polypodium interjectum) gezien de kenmerken van het blad, min of meer driehoekig met opgerichte onderste deelblaadjes. Maar het is een gok!





16 november 2016

Stekelaugurk

De Stekelaugurk (Sicyos angulata) is een invasieve plant die dol is op zomerzon en vocht, twee zaken die in overvloed te vinden zijn aan de oevers van de Dordogne. Deze noordamerikaanse plant is in het westen van de Aquitaine aanwezig sinds zo'n vijftig jaar, en hij trekt op naar het oosten, de rivieren volgend. Langzaam, in 2010 had hij bergerac nog niet bereikt. Maar hij is in opmars, nu groeit de Stekelaugurk ook in Coux et Bigaroque en misschien ook wel verder oostwaarts.







Het is een monster, zijn lianen kunen wel acht meter ver reiken. Hij bedekt de oevers en de vegetatie die daarop groeit, en hij klimt...




... en klimt. Als een augurk of een kalebas op de komposthoop, in feite. Zoals het hoort voor een Cucurbitacee.

Er was nog geen november-nachtvorstje dit jaar, dus de Stekelaugurk gaat door met bloemen maken.






Het is moeilijk om hem mooi te vinden, hij ziet er nogal slordig uit, met rommelige lianen en grote slappe bladeren die alle kanten uit gaan. Maar dat is een kwestie van smaak, nietwaar?

De stervormige vruchten daarentegen hebben wat feestelijks. Een soort voortijdige kerstballen.





Ondanks de naam van de plant lijken zijn vruchten totaal niet op augurken, en ze zijn zelfs niet eetbaar. Maar de bladeren van de Stekelaugurk lijken wel op die van de gewone inmaak-augurk.




2 november 2016

Wilg-aster


Als vuile sneeuw, en dat eind oktober. Een wolk van kleine witachtige bloemetjes groeit op de oevers van de Dordogne.. De Wilg-aster (Symphyotrichum x salignum) is een amerikaan maar hij voelt zich prima thuis hier, blijkbaar.








 
Hij bevolkt de oevers van grotere rivieren. Met zijn kruipende wortels kan hij in een paar jaar een groot oppervlak bedekken met een dichte en min of meer chaotische vegetatie. Hij wordt beschouwd als een invasieve plant, dat wil zeggen dat hij de eerder aanwezige of inheemse plantensoorten kan verdringen. Hij is al meer dan tweehonderd jaar aanwezig in Frankrijk, maar de laatste jaren lijkt hij zich sneller te verspreiden. Waarom? Goede vraag. Hij bloeit laat in het jaar, misschien helpen warme herfsten van de laatste jaren hem zich te ontwikkelen?





De grote soepele stengels zijn staand of liggend en dragen trossen samengestelde bloemen..






De lintbloemen zijn lila-achtig wit, en de buisbloemen, nauwelijks zichtbaar op de foto, zijn geel. Vaak is de stengel licht behaard. 


 
Op de achtergrond zijn stammen van de Vederesdoorn (Acer negundo) zichtbaar, een boom die e(rg algemeen is in de rivierbossen bij de Dordogne. Hij is ook een invasieve soort afkomstig uit Noordamerika.







13 oktober 2016

Spaanse aak


De bladeren beginnen te verkleuren.








Hier het blad van een Spaanse aak (Acer campestre). Er is niet veel spaans aan deze boom, hij komt hier algemeen voor in het wild, en wordt ook vaak aangeplant. Een rij Spaanse aken maakt een goede haag of windkering en ze zijn makkelijk kort te houden. Hij doet niet moeilijk wat de grondsoort betreft, hij groeit bijna overal met missschien een lichte voorkeur voor kalkhoudende grond, en hij verdraagt goed droogte.











Soms heeft hij een versiering van spinnewebben en korstmossen.








De vruchten worden samaras genoemd en ze zijn typerend voor esdoorns (ja, de Spaanse aak is een esdoorn). Ze groeien paarsgewijs, elke samara heeft een vleugel en als ze samen vallen, draaien en wervelen ze als kleine helicopters.





Een paar zomerse takken.



1 oktober 2016

Kleine waterteunisbloem


Hij wordt beschouwd als een invasieve exootn ee, echte plaag, maar dat verhindert de Kleine waterteunisbloem (Ludwigia peploides subsp. montevidensis) niet om er leuk uit te zien.








Aan het eind van de zomer, ja, tot in oktober, bloeit hij met een overvloed aan gele bloemen. Hij groeit aan de waterkant maar vooral in het water. Hier en daar vormt hij dikke tapijten aan de oever van de Dordogne, of in het water, vooral daar waar niet teveel stroming is.




De bladrozetten drijven op het water en als ze losraken van de moederplant verplaatsen ze zich op de stroom naar andere plekken.



26 september 2016

Herfststerhyacint


Verrassing! De berm van een klein weggetje is van kleur veranderd. Het vale geel en grijs van verdorde planten heeft plaatsgemaakt voor blauw. Duizenden kleine steeltjes duiken op uit de mist.




Het zijn Herfststerhyacinten (Scilla autumnalis) en, nooit eerder gezien, ze bloeien dermate uitbundig dat de grond ermee bezaaids is. En ze zijn groot (nou ja...), met een dozijn bloemen of meer per bloeistengel.

Een droge zomer lijkt niet gunstig voor de groei van planten. Maar misschien hebben de bollen onder de grond kracht ontleend aan de uitbundige en langdurige voorjaarsregens? In de zomer heeft de herfststerhyacint bladeren nog bloemen boven de grond, en misschien heeft hij geen last van droogte en warmte.







Een wit exemplaar tussen duizenden blauwe. Dat kan gebeuren.
  



De bloemen zijn nog dicht, ze wachten op de zon. In een uur gaan ze open en zijn ze makkelijker te herkennen als de stervormige bloemen van sterhyacinten.





Er zijn niet alleen sterhyacinten. Driedistels (Carlina vulgaris) en een enkele Ruige Heemst (Althaea hirsuta), allemaal uitgedroogd, zijn bedekt met spinnewebben. Zij horen ook bij de planten van het kalkgrasland.


19 september 2016

Liggende klaver


In de Dordogne groeit een twintigtal soorten klaver. Ze azijn wit, rose of geel. Liggende klaver (Trifolium campestre) is erg algemeen en net zoals alle andere klavers heeft hij driedelige blaadjes met kleine schutblaadjes aan de voet. Hij bloeit in mei en juni, en als de zomer mild en regenachtig is gaat hij nog veel langer door.




Dit jaar dus niet. Het was heet en heeft nauwelijks geregend in drie maanden. Geen ramp, de meeste planten in dit grasland zijn daarop gebouwd en overleven wel. Tenminste, ze voltooien hun levenscyclus, bloeien en zetten vrucht, voor het droge seizoen losbarst. 










Ziehier het resultaat. Een veld met alle tinten grijs en bruin van verdroogde en verbrande planten. Ja, ook mooi, toegegeven...
De uitdroging heeft de kleur maar niet de vorm van de Liggende klaver veranderd. De bloemhoofdjes zijn nu bruin, maar nog steeds rond. De rijpe vruchten zijn geheel verborgen in de verdroogde bloemen; net zoals bij andere klavers blijven deze aan de plant zitten na de bloei.





Een paar maanden geleden. De vlag - het grootste bloemblaadje van de vlindervormige bloem - is dwars gevouwen en naar beneden en naar achteren gebogen.


9 augustus 2016

Grasklokje


Kleine blauwe klokjes groeien in het hoge gras aan de rand van het pad. Het Grasklokje (Campanula rotundifolia) begint te bloeien aan het eind van de zomer en gaat door tot de eerste nachtvorst. Hij groeit bijna overal en het droge warme weer in augustus hindert hem geenszins.







De dunne stengels dragen hangende klokjes, die vanaf de onderkant gezien de vorm hebben van een vijfpuntige ster.







De nedelandse naam is te begrijpen, ze groeien in het gras (net zoals veel andere planten overigens). Maar waarom in 's hemelsnaam 'rotundifolia' in de wetenschappelijke naam? Er is bijna geen blad te zien, en het bladeren die er zijn, zijn echt langwerpig.







Ga een paar weken terug. Op de grond groeit een kleine plant met allerlei soorten bladeren, variërend van rond-hartvormig via ovaal tot lijnvormig. Als het grasklokje begint te groeien met nieuwe spruiten maakt het eerst ronde bladeren, daarna meer ovale, en als het seizoen vordert langwerpig-lijnvormige. Als eindelijk de bloei begint zijn de eerste, ronde, bladeren alweer verdwenen.



21 juli 2016

'Bergnaaldzonneroosje'



Het is erg heet, de zon brandt, en de planten beginnen geel te worden.






De bladeren van het 'Bergnaaldzonneroosje' (Fumana ericifolia, geen Nederlandse naam) beginnen al een herfstkleur te krijgen. Dit piepkleine struikje groeit laag bij de grond in zonnige graslanden en andere open plekken op kalkgrond. Ondanks zijn naam geeft het de voorkeur aan laagland of heuvels.





Nu zijn vooral de roestrode vruchtcapsules te zien, met hier en daar nog een bloem.
Wie de bloemen wil zien moet vroeg opstaan, de bloei van dit kleine Zonneroosje is vluchtig en de bloemblaadjes vallen uit in een paar uur.








Er zijn een paar soorten Naaldzonneroosjes, bij deze zitten de bloemen op lange bloemsteeltjes die zich na de bloei naar beneden buigen.


10 juli 2016

'Gevorkt walstro'


Het 'Gevorkt walstro' (Galium divaricatum, geen Nederlandse naam) uit de Sterbladigenfamilie is te subtiel om gezien te worden. Door een wolk van dunne stengels en minuscule vruchtjes heen zie je vooral het gras dat er achter groeit. Met een fototoestel is het wat makkelijker, bij het scherpstellen op de plant verdwijnt de achtergrondvegetatie in een onscherpe vaagheid.








Het is een echte sterbladige, chaotische stengels groeien alle kanten uit zonder acht te slaan op de wetten der zwaartekracht. Het is onduidelijk waar de plant begint en waar hij eindigt.







De hoekige stengels dragen op de knopen een paar bladeren in kransen. Kleine ruige stekels maken dat ze ruw aanvoelen.







Wat betreft de bloemen, deze bestaan, maar ze zijn nagenoeg onzichtbaar zonder goede loep. De bloemkroon is maximum een halve millimeter groot. Een kleine rossige bobbel op de jonge vruchtjes, dat is alles wat te zien is. In theorie zijn ze stervormig met vier punten, zoals het betaamt voor een Sterbladige, maar dat blijft theorie zolang je ze niet goed kan zien.











De bloemen respecteren tenminste de zwaartekracht, na de bloei hangen de kleine vruchtjes naar beneden. Hun korte bloemsteeltjes vormen een kenmerk dat de 'Gevorkte walstro' onderscheidt van een andere Sterbladige die nabij verwant is. Ook subtiel...






21 juni 2016

Gevlekt zonneroosje


Een paar eenogige objecten kijken ons aan.






Het zijn de bloemblaadjes van een Gevlekt zonneroosje (Tuberaria guttata).

De bloei is vluchtig. Je zoekt het gevlekt zonneroosje en vindt hem niet. En twee weken later is hij er, in overvloed.





Zijn favoriete milieu is zandig en zonnig, en liefst niet te kalkrijk. Hier, in een mager hooiland na het hooien bloeit hij uitbundig.



14 juni 2016

Slanke wikke


Deze kleine wikke is nauwelijk zichtbaar als hij is uitgebloeid. Slanke wikke (Ervum gracile) steekt nauwelijks boven de andere planten uit in dit grazige veld op kalkgrond.





Met enige moeite is te zien dat de plant belaagd wordt door luizen. Elke bloeistengel droeg twee of drie bloeme waarvan er een zich heeft ontwikkeld tot peul. In deze soort is steekt de bloeistengel vaak met een puntje uit boven de aanhechting van de bloemen of peulen.


Twee weken geleden was de Slanke wikke nog in bloei, fijn en elegant, om niet te zeggen slank.










Nu ontwikkelen de peulen zich. Omdat ze een beetje transparant zijn is te zien dat ze relatief veel zaden hebben.





De opkomende zon schittert in de dauwdruppels.


8 juni 2016

Gele wikke


In een bloemrijk grasland groeit een grote groep Gele wikke (Vicia lutea). Hij is helemaal niet geel, de bloemen zijn helderwit. Met zijn vertakte ranken klimt hij naar de zon, in grashalmen en soortgenoten.





Heel veel insecten bezoeken hem. Zoals veel andere wikkes heeft de Gele wikke een zwarte vlek op de steunblaadjes. deze vlek scheidt een zoete vloeistof af  die insecten, vooral mieren, aantrekt.






Ook de Kleine rode weekschildkever (Rhagonycha fulva) houdt van Gele wikke. Hij verzamelt zich massaal op de planten om een partner te ontmoeten en te paren.

Als we het over trouwen hebben, tussen de bloemen verbergt zich ook een mannnetjes- Kraamwebspin (Pisaura mirabilis) die een pakje tussen zijn poten draagt, zijn huwelijksgeschenk.






Hij zoekt een vrouw en neemt een in zijde gewikkelde prooi voor haar mee. Als hij met lege handen komt eet zij hem zonder dralen op en heeft hij geen tijd om met haar te paren. Het geschenk houdt haar even bezig, en in die tijd kan hij haar bevruchten, en misschien heeft hij geluk en komt hij heelhuids uit het avontuur tevoorschijn !

3 juni 2016

Twee soorten Kroonkruid


Het springt direct in het oog, het Klein kroonkruid (Coronille minima) is wat je noemt geel.







Het is een vaste plant die dikke plakken bedekt met gele bloemen vormt. Dit jaar zijn ze niet zo erg klein te noemen, de regen heeft ze buitensporig laten groeien, zelfs op de droge plekken waar ze het liefst groeien.






De bladeren zijn nauwelijks te zien, zoveel bloemen zijn er. De kleine deelblaadjes zijn een beetje dik, alsof ze uit een stuk knutselschuim geknipt zijn.

Blijkbaar is hetzelfde soort schuim gebruikt om er de blaadjes van het Schorpioenkroonkruid (Coronilla scorpioides) hieronder uit te knippen. Ze hebben de zelfde grijsgroene kleur, maar zijn groter en onregelmatiger.





De bloemen zijn klein en de vruchten lang. In feite lijken de peulen op de staart van een schorpioen.







Hier groeit hij in een akker, maar hij is ook te vinden op droge kalkhellingen.


28 mei 2016

Kleine wolfsmelk


De Kleine wolfsmelk (Euphorbia exigua) is de kleinste Wolfsmelk in de Dordogne. Sommige volwassen planten zijn niet groter dan twee centimeter. Hij groeit in kalkgrasland, bij voorkeur op een schrale plek waar de bodem zichtbaar is.





De soort is nogal variabel. Vaak is de plant grijsgroen, maar vaak is hij juist geelgroen met een rood aangelopen stengel, zoals hier. Overigens is dit exemplaar behoorlijk groot, hij steekt ver boven de 'Omstreden zandmuur' (Arenaria controversa), die hem omringt, uit.








Dit jaar is hij in overvloed aanwezig, misschien dankzij de vele regen. Hier een paar planten uit een tapijt van duizenden.