Dit is een Hazelaar (Corylus avellana) tijdens een zomerse stortbui.

Nu zouden de bladeren moeten vallen, maar dit jaar gaat dat niet zo snel. Om geel en rood te worden en om zich los te maken van de takken hebben ze een paar koude dagen en nachten nodig. Deze herfst is het te warm, dus er is nog veel groen in het bos.

Deze bladeren van de Hazelaar, ovaal, getand, met duidelijk zichtbare nerven en een karakteristiek puntje aan het eind, zijn wat opgebleekt, meer niet.

Er zijn individuele verschillen tussen de struiken, ondertussen. Onder een Hazelaar een eindje verderop liggen al wel veel afgevallen bladeren.
Over een paar weken zijn er alleen nog maar naakte stammetjes en takken te zien.

Een oude Hazelaar lijkt op een groot boeket van stammetjes en twijgen die ongeveer op dezelfde plaats uit de grond komen. Als de oudste takken sterven, ontwikkelen er zich nieuwe pal ernaast.