Kleine blauwe klokjes groeien in het hoge gras aan de rand van het pad. Het Grasklokje (Campanula rotundifolia)
begint te bloeien aan het eind van de zomer en gaat door tot de eerste nachtvorst. Hij groeit bijna overal en het droge warme weer in augustus hindert hem geenszins.
De dunne stengels dragen hangende klokjes, die vanaf de onderkant gezien de vorm hebben van een vijfpuntige ster.
De nedelandse naam is te begrijpen, ze groeien in het gras (net zoals veel andere planten overigens). Maar waarom in 's hemelsnaam 'rotundifolia' in de wetenschappelijke naam? Er is bijna geen blad te zien, en het bladeren die er zijn, zijn echt langwerpig.
Ga een paar weken terug. Op de grond groeit een kleine plant met allerlei soorten bladeren, variërend van rond-hartvormig via ovaal tot lijnvormig. Als het grasklokje begint te groeien met nieuwe spruiten maakt het eerst ronde bladeren, daarna meer ovale, en als het seizoen vordert langwerpig-lijnvormige. Als eindelijk de bloei begint zijn de eerste, ronde, bladeren alweer verdwenen.