Het Kroontjeskruid (Euphorbia helioscopia) is een vroeg in het jaar bloeiende Wolfsmelk. Het is een echte zonaanbidder. Zijn geelgroene bloeischermen keren zich naar het hemellichaam toe en hij bloeit op de eerste zonnige dag aan het einde van de winter.
Hier twee kleine exemplaren in een droog schraal grasland.
De schutbladen vormen een soort schotel waarop de bloemen, van dezelfde geelgroene kleur, rusten.
De planten hieronder zijn veel groter, ze groeien in rijkere grond in een koolzaadakker. Ze hebben meerdere bloeischermen per plant. De lange roodachtige stelen zijn kaal, de bladeren zijn al afgevallen.
De bloemen worden druk bezocht door kleine insecten.
En ze hebben een bizarre vorm, karakteristiek voor Wolfsmelksoorten.
In deze vergroting zijn een paar cyathiums te zien, structuren omgeven door klieren. In het Kroontjeskruid lijkt een cyathium op een klein mandje met vier eieren op de rand. Temidden van de eieren is een bosje meeldraden met stuifmeel te zien. Uit het cyathium steekt een steeltje waaraan een enigszins afgeplatte bol hangt. Dat is het vruchtbeginsel met daarop een paar stijlen. De grote groene bol onderaan is een vruchtbeginsel dat begint te rijpen en zaden te ontwikkelen.
Een rijp zaadje is klemgeraakt tussen twee schutbladen. De bleke vlek bovenop het zaadje is een elaiosoom, speciaal bedacht voor de mieren. Die zijn er dol op en dragen de zaden met elaiosoom naar hun nest om hun larven te voeden. Het zaad wordt niet opgegeten en ontkiemt het jaar erop.