Welkom bij Plantenwandeling !
De flora van de Périgord in het zuid-westen van Frankrijk is rijk en gevarieerd net zoals zijn landschappen. Dat nodigt uit tot allerlei plantaardige ontmoetingen, zoals u kunt zien in dit blog. U vindt hier de portretten van een honderdtal wilde planten die hier groeien. Met de seizoenen mee worden nieuwe soorten toegevoegd.
Veel plezier !
N.B.
12 maart 2011
Kleine witjes
Voor wie zich bukt zijn ze overal: miniatuur-Brassicaceeën. Er zijn vier soorten eenjarigen die horen tot de eerste planten die in het voorjaar bloeien, vaak in groepen van duizenden exemplaren. Vaak groeien de vier soorten bij elkaar, zelfs als elk zijn eigen favoriete milieu heeft.
De kleinste is de Vroegeling (Erophila verna). Een exemplaar van vijf centimeter hoog is een echte reus. De gemeente hierboven woont op de middenberm van een landweg op een droge helling.
De Doorgroeide boerenkers (Kandis perfoliata) is wat groter. Op rijke grond kan hij wel vijftien centimeter hoog worden, maar meestal blijft hij heel veel kleiner. Hij groei aan de kant van de weg, in droge schrale akkers en kalkgrasIanden, overal waar de bodem omgewoeld is door bijvoorbeeld dieren.
Het Witte hongerbloempje (Draba muralis) groeit op rotsige plekken en stenen muurtjes. Hij begint klein, maar wordt steeds groter tegen het einde van de bloei en als zaad gezet wordt. Op de foto zijn helemaal onderaan ook een paar Vroegelingen te zien.
De Kleine veldkers (Cardamine hirsuta) houdt van meer vruchtbare en vochtige grond dan de andere soorten. In het vroege voorjaar overdekt hij soms akkers die wachten op het ploegen met een grijslila waas, en hij groeit ook in moestuinen. Het is de grootste van de vier soorten. Soms begint hij al te bloeien in december.