
De eerste, hierboven, is de Valse wingerd (Parthenocissus inserta). Deze klimt in bomen die soms helemaal overdekt worden door de guirlanden en is regelmatig buiten tuinen te vinden. Hij heeft bladeren die verdeeld zijn in vijf afzonderlijke blaadjes.

De bladen van de Vijfvingerige wingerd (Parthenocissus quinquefolia) lijken erg op die van de vorige soort. Hij is te vinden op muren. Op deze foto van afgelopen winter is goed te zien hoe de ranken zich met kleine zuignapjes op het oppervlakvastzetten.
Deze twee soorten zijn oorspronkelijk Noordamerikanen, de volgende soort komt uit Azië.

De Oosterse wingerd (Parthenocissus tricuspidata) heeft ongedeelde bladeren met drie, vijf of meer lobben. De jonge blaadjes, in het voorjaar, hebben vaak een rode rand.