Vergeten te maaien... In dit droge grasland groeit de Wilde peen
(Daucus carota) tot op schouderhoogte. De Wilde penen ruiken naar peen van de groenteboer, maar de wortels zijn oneetbaar en vaalwit van kleur.

De gele vlekken tussen de Wilde peen zijn van het Bitterkruid
(Picris hieracioides).
In een bloemscherm dat afsteekt tegen een vale augustushemel is het typisch bouwpatroon van de Apiaceae goed te zien. Waar de stengel ophoudt zit een omwindsel van smalle, gespleten blaadjes. Het scherm zelf bestaat uit enige tientallen schermpjes, elk met een omwindseltje van kleine rechte blaadjes en een bundel kleine witte bloempjes op steeltjes. De beginnende vruchtjes zijn zichtbaar als zwarte puntjes.

Middenin, een eindje boven de stengel, is een donkerder vlek zichtbaar. In ongeveer de helft van de Wilde penen zijn schermen te vinden met in het midden wijnrode bloemen.

Meestal zijn deze bloemen klein en onvolledig gevormd, maar hier hebben ze zelfs meeldraden.